Restoration ecology
Monitoring and surveys

Bottlenecks voor biezen in de Sophiapolder

Herstel van biezenvegetaties op het natuureiland Sophiapolder gaat niet vanzelf. Dat blijkt uit onderzoek dat Waardenburg Ecology op het eiland uitvoerde voor Rijkswaterstaat. Biezen zijn bekend van de gevlochten manden en stoelen. De sprietige planten zijn kenmerkend voor het zoetwatergetijdegebied in de Rijn-Maasmonding, maar zijn er de laatste decennia helaas een zeldzaamheid geworden. Om dit te kunnen herstellen, moeten we eerst weten wat de bottlenecks zijn.

Biezenplanten als belangrijke schakel in het ecosysteem

Natuureiland Sophiapolder ligt in de meest verstedelijkte regio van Nederland: midden in getijdenrivier de Noord, ingeklemd tussen de Drechtsteden. Tot voor kort was dit eiland een landbouwpolder, maar in 2011 heeft Rijkswaterstaat de dijken doorgestoken om het eiland weer over te leveren aan eb en vloed. Sindsdien is het een paradijs voor watervogels, die op de slikplaten hun voedsel komen zoeken. Maar er ontbreekt een belangrijke schakel in het ecosysteem: biezenplanten. Ze houden het sediment vast, vormen voedsel voor vogels en andere planteneters en zijn een belangrijke structuur voor vis en kleine waterdiertjes om zich tussen te verstoppen of hun eitjes op af te zetten. Deze belangrijke planten voor het zoetwatergetijdegebied zijn na 12 jaar nog steeds niet tot ontwikkeling gekomen in de Sophiapolder.

Terugkeer van biezenvegetatie

Rijkswaterstaat onderzoekt sinds enkele jaren welke factoren de terugkeer van deze biezenplanten belemmeren. Hiervoor zijn eerst grote kooien met gaas geplaatst. Zo test Rijkswaterstaat of vraat door de vele watervogels een beperkende factor is. In dat geval zouden in de kooien wel biezen tot ontwikkeling komen. Na twee jaar wachten, was echter nog geen enkel biezenplantje in de kooien opgekomen.
Vervolgens is onderzocht of er eigenlijk wel zaad in het gebied aanwezig is om te kiemen. Waardenburg Ecology heeft hiervoor bodemmonsters genomen en gekeken of er biezenzaad in zat. Uitslag: negatief. Er is dus geen zaadvoorraad in de bodem. De dichtstbijzijnde kerngebieden waar biezen groeien, liggen ook ver weg; in de Biesbosch. De kans dat het zaad van daaruit helemaal naar de Sophiapolder drijft is nihil.
Meer actie is dus nodig om biezenvegetaties terug te krijgen.
Driekantige bies in een exclosure in de Sophiapolder
Biezenzaad injecteren met kitspuiten
Biezenontwikkeling in een exclosure in de Sophiapolder

Proefvlakken

Daarom hebben we afgelopen jaar biezenzaad ingebracht en kleine plantjes aangeplant. Dit gebeurde heel zorgvuldig in proefplotjes, met extra bescherming om wegspoelen te voorkomen. De proeflocaties zijn met kooien beschermd tegen vogelvraat. Het inzaaien gebeurde volgens de ‘kitspuit-methode’ die is overgenomen van de onderzoeksgroep van de Rijksuniversiteit Groningen die zich bezighoudt met zeegrasherstel. Vervolgens was het vol spanning afwachten.

En wat een feest: na een maand kwamen de eerste sprietjes tevoorschijn in twee van de twaalf proefvlakken. In de weken die volgden, ontwikkelden deze zich verder tot flinke planten. Er zijn ook biezenplantjes in de plots aangeplant die zich ook verder ontwikkelden. Tot in oktober groeiden zo in vier plots uitbundige biezenvegetaties, die zelfs tot zaadzetting kwamen.

De plots lagen zowel op geëxponeerde plekken als op beschutte plekken en op verschillende hoogtes. Er werd geen duidelijk verband gevonden tussen deze parameters en het groeisucces van de biezen.

Biezenvegetatie tot ontwikkeling

Er lijken dus geen andere belemmerende factoren voor de ontwikkeling van biezen in de Sophiapolder dan het ontbreken van zaad en de aanwezige vogelvraat. De vraag is nu of ontwikkeling van een flinke biezenvegetatie opgewassen is tegen de vogels. Misschien is er een kritsche omvang waarbij zowel vogels als biezen naast elkaar kunnen voorkomen in de Sophiapolder. Komend jaar zal duidelijk worden of de ontwikkelde biezenvegetaties zich ook buiten de exclosures kunnen uitbreiden.