Biodiversity
Lab analyses

De ‘Big Five’ van de Waddenzee

De ‘Big Five’ in Nederland kennen we: edelhert, ree, bever, wild zwijn en zeehond. Dit zijn zoogdieren, maar wat is nu de Big Five van ongewervelde waterdieren (in de bodem) van de Waddenzee? Dat is door Waardenburg Ecology uitgezocht.

Onderzoek in de Waddenzee

Het bodemleven van de Waddenzee wordt in opdracht van Rijkswaterstaat jaarlijks in kaart gebracht. Het programma waarbinnen dit werk wordt uitgevoerd, heet “Monitoring van de Waterkundige Toestand des Lands” (MWTL). Er zijn ook monitoringprogramma’s voor de Noordzee, delta en binnenwateren.
De ingewonnen informatie wordt gebruikt voor beleidsdoeleinden; er kunnen trends worden gesignaleerd en de meetresultaten worden getoetst aan normen en streefbeelden. In het kader van deze monitoring hebben wij in 2020 in opdracht van Rijkswaterstaat de bodem van de Waddenzee bemonsterd.

De ‘Big Five’

In augustus en september 2020 zijn met een steekbuis (ondiepe delen) of met een boxcorer (diepere delen) monsters genomen in vijf deelgebieden van de Waddenzee, inclusief het Eems-Dollardgebied (zie kaart 1 en kaart 2 hieronder).
De verzamelde monsters zijn door specialisten van Waardenburg Ecology verwerkt en de aangetroffen fauna is op naam gebracht. Na aanlevering van de databestanden hebben we uit nieuwsgierigheid de vijf talrijkste soorten eens op rij gezet. Deze ‘Big Five’ wordt in onderstaande staafdiagram gepresenteerd.

Al meteen blijkt dat er geen Big Five voor de hele Waddenzee is op te stellen: elk deelgebied heeft nét weer een eigen lijstje van soorten. In totaal zijn er twaalf soorten/soortgroepen die in de verschillende top 5-lijstjes staan; acht wormen, twee slakjes en twee vlokreeftachtigen.
Kaart 1. Ligging van de monsterlocaties op het Balgzand, Waddenzee West en de Piet Scheveplaat
Tharyx spec (borstelworm)
Gewone kustknobbelworm
Kaart 2. Ligging van de monsterlocaties op de Heringsplaat en Waddenzee Oost
Zandpijp
Wapenworm
De top 5 van bodemorganismen in 5 deelgebieden van de Waddenzee #bigfive
Bulldozerkreeftje
Borstelworm Spio martinensis

De vijf deelgebieden in het kort

Balgzand

Dit gebied wordt gekenmerkt door droogvallende slibplaten; litoraal genoemd. De vijf meest talrijke soorten/soortgroepen zijn allemaal wormen, waarbij er vier behoren tot de borstelwormen (Polychaeta), aangevoerd door de zandpijp, en één tot de borstelarme wormen (Oligochaeta).

Waddenzee-West (Javaruggen, Scheurrak en Molenrak)

Dit gebied is een deel van de Waddenzee dat nooit droogvalt. In de monsters van de Waddenzee-West is het wadslakje verreweg het talrijkst, met meer dan 38.500 exemplaren per vierkante meter! De overige vier talrijkste soorten zijn wormen.

Piet Scheveplaat

Dit is een grote, droogvallende slibplaat in de oostelijke Waddenzee. Hoewel dit een vergelijkbaar ecotoop is als het Balgzand, is de top 5 heel anders. Op de Piet Scheveplaat is de borstelworm Tharyx de talrijkste soort. Ook in de top 5 vinden we het bulldozerkreeftje, die van alle vijf deelgebieden hier het meest wordt gevonden. De andere veel voorkomende soorten zijn het wadslakje en de gewone kustknobbelworm.

Waddenzee-Oost (grofweg gelegen tussen Schiermonnikoog en het vasteland van Groningen)

Net als Waddenzee-West wordt dit deel gekenmerkt door enkele diepe gedeelten waar de bodem nooit droogvalt. Toch zijn de verschillen tussen beide gebieden enorm: in Waddenzee-West vinden we het wadslakje bij duizenden, maar hier haalt deze de top 5 niet eens. Sowieso valt de lage dichtheid aan bodemdieren op: er worden hier slechts enkele honderden dieren per vierkante meter gevonden. De top 5 wordt gevormd door het bulldozerkreeftje gevolgd door een viertal borstelwormen.

Heringsplaat (Eems-Dollardgebied)

Net als Balgzand en Piet Scheveplaat is de Heringsplaat een droogvallende slibplaat. Opvallend is dat de bodemdierenfauna hier sterk afwijkt. De andere twee platen hebben vooral wormen als hoofdbewoners, maar op de Heringsplaat is het wadkreeftje veruit het talrijkst, gevolgd door het opgezwollen drijfhoorntje. De top 5 wordt verder gevuld met twee wormen en het wadslakje.
Wadslakje
Opgezwollen drijfhorentje
Wadkreeftje

Enkele conclusies

Uit het onderzoek naar de algemeenste bodemdieren van de Waddenzee trekken we de volgende twee conclusies:
  1. De Big Five van bodemdieren in de Waddenzee is in elk deelgebied verschillend. Zelfs in gelijke ecotopen zien we grote verschillen: in twee van de drie droogvallende gebieden zijn wormen het talrijkst, maar in een derde gebied is het wadkreeftje juist de talrijkste soort.
  2. De aantallen dieren lopen sterk uiteen, ook in gelijke ecotopen. Zo heeft de Waddenzee-West meer dan 40.000 dieren per m2, maar de Waddenzee-Oost slechts een paar honderd.
De 12 soorten/groepen die samen in elk deelgebied de top 5 bepalen