Wat dit gebied zo uniek maakt zijn de uitgestrekte schorren, diepe geulenstelsels en de slikken, iedere dag onder invloed van het getij. Daarnaast helpen verschillende (grote) grazers met het beheer. Dankzij deze bijzondere dynamiek zijn er veel overgangen, bijvoorbeeld van brak naar zout, nat naar droog, zand naar klei en veen. De flora en fauna hebben zich aangepast aan zo’n dynamisch gebied met gradiënten. Aan ons de taak om de vegetatie in kaart te brengen. Na vele weken veldwerk in dit unieke gebied is in oktober een einde gekomen aan de vegetatieopnamen.